Bovenste rij v.l.n.r. Jozef Suykens, Antoon De Wachter, Luc De Geyter, Roger Coeckelbergh, Frans Willaert, Joris De Keersmaecker, Louis Houthooft en Arthur Clerbaut. Onderste rij Florent Siebens, Jozef Stevens, Joris Van Lent, Robert De Bondt en Victor Saerens
Zittend v.l.n.r. Frans Pepermans, Ludo De Prins, Fé Van Assche, Henri Daems en Luc De Geyter. Rechtstaand Jos De Prins en André De Witte
Luc De Geyter (1921-1994) uit de Palingstraat in Puurs sloot zich bij het begin van de Tweede Wereldoorlog aan bij de verzetsgroep De Zwarte Hand. De groep beperkte zich tot kleine sabotage, het verspreiden van pamfletten en pogingen om met Engeland in contact te komen. De Duitse bezetter drukte de groep ongenadig de kop in. In oktober 1941 werden 109 van de 111 leden aangehouden en naar Breendonk gevoerd. Slechts 37 leden van De Zwarte Hand overleefden de concentratiekampen. Twee Kalfortenaren waren bij de slachtoffers. Frans Van Muylder (1902-1945) overleed kort na zijn terugkeer uit de kampen. Albert De Bondt (1922-1943) werd gefusilleerd in Lingen.
Luc De Geyter (1921-1994) overleefde de oorlog. Hij werd bevrijd in Theresiënstadt op 8 mei 1945. Zijn broer Etienne overleefde de kampen niet. Na zijn huwelijk met Leontine Pintens kwam Luc in Kalfort wonen. Hij bleef de rest van zijn leven getuigen over de gevolgen van fascisme en extreem rechtse ideeën.
Luc was ook heemkundige en lid van het comité Kalfort 1000. Hij schreef een boek over de geschiedenis van Kalfort, maar hield zich vooral bezig met het documenteren van zijn dramatische oorlogsverleden, waarover hij in het onderwijs vele lezingen hield. Zijn ervaringen werden opgetekend door Tjen Mampaey.
Na zijn verhuis van Kalfortdorp 45 naar Kalfortdorp 28 werd het huis verkocht aan de familie Jo en Bea Verraes-Piron.